Wanneer mag een werkgever het loon opschorten of stopzetten? En moet de werkgever eerst waarschuwen. Recent is een uitspraak gepubliceerd waarin het ging om de waarschuwingsplicht van de werkgever.

Op grond van artikel 7:629 BW moet een werkgever het loon doorbetalen tijdens ziekte. Wanneer mag een werkgever het loon opschorten of stopzetten? Hoe zit het ook alweer?

Opschorting loon

De werkgever mag het loon opschorten als de werknemer zich niet houdt aan de door de werkgever schriftelijk gegeven redelijke voorschriften ten aanzien van het verstrekken van inlichtingen om het recht op loon vast te stellen (artikel 7:629 lid 6 BW). Het loon mag dus opgeschort worden als de werkgever niet kan controleren of de werknemer wel aanspraak heeft op loon.

Bijvoorbeeld als de werknemer niet verschijnt op het spreekuur van de bedrijfsarts.

Het opschortingsrecht is bedoeld als drukmiddel. Als de werknemer alsnog voldoet aan de controlevoorschriften, heeft hij alsnog aanspraak op loon over de periode dat de betaling was opgeschort.

Stopzetten loon

In artikel 7:629 lid 3 BW is geregeld wanneer de werkgever het loon mag stopzetten en de werknemer geen aanspraak heeft op loon.

Dat is het geval:

  • als de werknemer de ziekte met opzet heeft veroorzaakt of het gevolg is van onjuiste in geval de werknemer onjuiste informatie heeft verstrekt in het kader van een aanstellingskeuring;
  • voor de tijd dat de werknemer de genezing belemmert of vertraagt door zijn toedoen;
  • als de werknemer zonder deugdelijke grond passende arbeid niet verricht voor werkgever of door een werkgever aangewezen derde;
  • voor de tijd dat de werknemer zonder deugdelijke grond weigert mee te werken aan redelijke voorschriften of getroffen maatregelen in het kader van re-integratie en het opstellen, evalueren of bijstellen van het plan van aanpak (bedoeld in artikel 7:658a lid 3 BW;
  • voor de tijd dat de werknemer zonder deugdelijke grond een WIA aanvraag doet.

Als de werknemer een deugdelijke grond heeft voor het niet nakomen van de verplichtingen, heeft de werkgever het recht niet om het loon stop te zetten.

Een terechte loonstopzetting is definitief. Pas wanneer de werknemer weer voldoet aan de verplichtingen is er recht op loon. Dus er is geen aanspraak op loon met terugwerkende kracht.

Is de loonstop onterecht, dan maakt de werknemer met terugwerkende kracht aanspraak op loon, vermeerderd het de wettelijke rente en/of wettelijk verhoging die kan oplopen tot 50%.

Waarschuwing

Op grond van artikel 7:629 lid 7 BW kan de werkgever pas een beroep doen op de loonopschorting of loonstop als de werknemer daarvan kennis heeft gegeven onverwijld nadat bij de werkgever het vermoeden van het bestaan daarvan is gerezen.

De werkgever moet de werknemer bij een voornemen tot loonstop of loonopschorting daarvan in kennis stellen en de reden daarvan vermelden.

In een recente zaak bij de rechtbank Rotterdam (publicatiedatum 11 april 2024, ECLI:NL:RBROT:2024:2492) had de werkgever geen waarschuwing gegeven. De werkgever moest met terugwerkende kracht het loon betalen, vermeerderd met wettelijke rente en wettelijke verhoging en met betaling van de buitengerechtelijke kosten en proceskosten.

Tips voor werkgevers

  • Pas de juiste maatregel toe, loonstop of loonopschorting;
  • Waarschuw de werknemer met vermelding van de reden daarvan, zodat de werknemer eerst aan de verplichtingen kan voldoen;
  • Leg alles schriftelijk vast.

Vragen?

Neem gerust contact met me op (076-5201455) . Of stuur me een e-mail ([email protected]).

Als ervaren advocaat arbeidsrecht help ik u graag. Ik werk vanuit Breda voor klanten in het hele land.